/
    • Ik hou van sport. Maar alleen op 31 december. Dan zie je namelijk alle sport hoogtepunten van een jaar in een mooi overzicht van een minuut of drie. Twee keer 45 minuten lang passief kijken om blij te zijn met een score die aangeeft dat er misschien drie keer actie was, dat trek ik niet1. Misschien dat ik daarom liever basketball kijk, waar de scores na vier keer 12 minuten2 getuigen van meer dan 100 keer scoren.

      In de wetenschap is de laatste jaren "citizen science" populair: burgers mee laten doen met wetenschappers. Niet in scene gezette experimenten in een nep-lab zoals je kan doen in sommige musea3, maar mensen echt metingen laten doen die je als wetenschapper daarna ook gebruikt. Dat gebeurt al heel lang met bijvoorbeeld vogel- en vlindertellingen, maar sinds de opkomst van de smartphone is het makkelijker om mensen te vragen even een meting voor je te doen en het resultaat door te sturen. Een van de mooiste "citizen science" projecten is iSPEX. Duizenden deelnemers kregen een opzetstukje voor hun mobiel toegestuurd dat van de camera een fijnstof-meter maakte. Daarmee konden de Leidse wetenschappers de verdeling van fijnstof in Nederland prachtig in kaart brengen. Bijkomend voordeel bij citizen science projecten is dat blijkt dat mensen die meedoen aan zo'n project na afloop veel meer opgestoken hebben dan mensen die via klassieke media over het project horen. En, niet onbelangrijk, mensen geven aan dat meedoen aan wetenschap leuk is!

      Toen de redactie vroeg of ik wilde aanschuiven in het sportzomer programma twijfelde ik even: ik ben niet een echte sportfanaat. De goede vraag die de redactrice toen stelde was: "Maar wat zou voor jou sport dan wel leuk maken?" Toen viel een kwartje: waarom mag bij top-sport, net als bij citizen science projecten, het publiek niet echt meedoen? Betrokken zijn bij het spel en echt invloed hebben op de uitslag.

      Waarom zetten we bij voetbal niet gigantische ventilatoren op de achterlijn. We hangen microfoons op bij het vak van het thuis- en het uit-publiek. Hoe hard de ventilatoren blazen hangt af van hoe hard de fans juichen. Zo kan de 12de man zijn team letterlijk een beetje wind mee geven. Dat was het onderwerp van het gesprek dat ik maandag had met Lara Rense en Jeroen Stomphorst op radio 1. Het was duidelijk dat sportverslaggever Jeroen niet veel moest hebben van gesleutel aan zijn mooie sport. Het was een levendig, leuk gesprek.

      Luister het gesprek hier terug:

      Ik vond het leuk om eens flink buiten de doos te denken over hoe sport anders kan. Topsport is wat mij betreft nog steeds het spelen uit brood en spelen: volksvermaak. We hebben democratisch besloten om kapitalen uit te geven om topsport mogelijk te maken4: prima! Maar als topsport volksvermaak is en een deel van het volk (ik!) niet vermaakt wordt omdat het te saai is, moeten we toch nadenken over hoe we het volksvermaak, uhm, vermakelijker maken? Als er binnenkort ventilatoren bij het voetbal komen die wij op de tribunes bedienen met ons gejuich, dan zou het zomaar kunnen dat je mij voor het eerst in twintig jaar in een voetbalstadion tegenkomt.

      PS na afloop merkte Niels op dat bij American Football het publiek al een rol heeft. Het is daar belangrijk dat voor de "snap", wanneer de quarterback de bal oppakt, het aanvallende team kan overleggen. Als je uit speelt zorgt het thuis-publiek voor zoveel lawaai dat overleggen knap lastig wordt. Je heb daarom in American Football een heel sterk thuis voordeel.

      1 Het ergste is de 10km hardlopen, of schaatsen, op de olympische spelen. Wat is dat dodelijk saai. De tour de France op TV gaat nog wel, dat is een soort "rail away" kijken waarbij er steeds fietsers in plaats van treintjes door het beeld gaan. Oh: en speerwerpen: dat kan ook zeker leuker, maar daar over een andere keer meer.
      2 in de NBA. In europa speelt men vier keer tien minuten. Ik weet wel iets van sport...
      3 Waarmee ik zeker niet wil zeggen dat deze labs in musea slecht zijn: ideaal om mensen (vooral kinderen) in aanraking te laten komen met wat het is om in een lab te werken en experimenten te doen!
      4 Via de inzet van politie bij wedstrijden. Via constructies waarbij gemeenten, of het rijk, meebetalen aan de aanleg van nieuwe stadions. Via noodconstructies om clubs in geld problemen toch te laten overleven. Via het topsport-fonds voor sporten die niet voetbal of tennis zijn.